Strafrechtelijke klacht tegen Dimitri Verhulst na column in ‘De Morgen’: ‘De column viseert het gehele Joodse volk op rabiaat antisemitische wijze’

De advocaat van het FJO is nog met vakantie, maar zodra hij terug is, zal de organisatie bij justitie aankloppen met een klacht voor antisemitisme tegen schrijver Dimitri Verhulst. “We kiezen uitdrukkelijk en voor het eerst voor een strafrechtelijk traject. We zijn niet van plan om een beroep te doen op Unia (het federaal gelijkekansencentrum, LB)”, vertelt woordvoerder Hans Knoop. “De column is geen kritiek op het beleid van de staat Israël, wat legitiem is, maar viseert het gehele Joodse volk op rabiaat antisemitische wijze.” 

Bij Unia zelf zijn de afgelopen week twee meldingen binnengelopen over de column, die worden onderzocht. Het FJO klopte trouwens begin dit jaar zelf nog aan bij Unia met een klacht over de gecontesteerde praalwagens met Joodse karikaturen op Aalst Carnaval, waardoor het evenement zijn Unesco-erfgoed erkenning riskeert te verliezen.

“Omdat God zo Zijn lievelingen heeft en Zijn uitverkorenen hun privileges horen te hebben, werden in 1948 de Palestijnen uit hun woonplaatsen verdreven ten gunste van Gods dotjes”, schreef Verhulst vorige week in zijn column. “Mozes had het opgeschreven, het uitverkoren volk hoorde daar en nergens anders, dus dat telde wel even als argument.”

Ook de volgende passage stoot tegen de borst: “Praten met uitverkorenen is lastig. Zodra je over Israël en het lot van de Palestijnen begint, kijken ze je aan alsof je de Holocaust zelf hebt onderschreven, hetgeen je reinste quatsch is, en ten tweede een veel te gladde calimero-houding is om lekker zelf te blijven onderdrukken”, net als een citaat van Serge Gainsbourg, zelf van Joodse komaf. “Jood-zijn is geen godsdienst; er is geen enkele God die Zijn schepsels zo’n lelijke neus zou geven”, noteerde Verhulst, maar volgens het FJO is het citaat incorrect.

Karikaturen

“En zo gaat het heel het stuk door. Over de teneur bestaat geen twijfel”, stelt Knoop. De voorbije dagen circuleerde de column – of althans verdraaide en uit de context gerukte fragmenten – ook al op buitenlandse, veelal joodse nieuwssites en daarna op blogs. De Israëlische krant Haaretz publiceerde een nieuwsbericht over de “journalist” die het land aanvalt en stelt dat “Joden een lelijke neus hebben”. 

De rechtse Nederlandse opiniewebsite ThePostOnline verwijt de schrijver ‘stigmatiserende denkbeelden en karikaturen’ te maken van ‘de Jood’, de blog Israellycooly zet als kop: “Belgian Waffle: Jew-Hating “Journalist” Dimitri Verhulst Shows His Ugliness”. “We krijgen duidelijk veel bijval uit het buitenland”, zegt Knoop, “maar dat heeft onze afweging niet beïnvloed.” 

De schrijver zelf, die de voorbij dagen haatmail in zijn mailbox kreeg, laat weten dat hij niet wil reageren zolang hij niet officieel op de hoogte wordt gesteld van de klacht, en wat hem exact ten laste wordt gelegd. “Als Verhulst op zijn woorden terug zou komen, dan zal de situatie een nieuw oordeel vergen”, zegt Knoop. “Maar we hebben deze beslissing niet lichtvaardig genomen. Wij zijn niet van het snel geraakte type, maar Verhulst heeft de grens overschreden.” 

Het FJO dient geen klacht in tegen De Morgen. “We vragen evenmin excuses, de krant moet zelf weten of ze dat gepast acht”, zegt Knoop. Hij verwijst naar The New York Times, dat zich in april verontschuldigde voor een cartoon van de Israëlische premier Benjamin Netanyahu als blindengeleidehond van de Amerikaanse president Donald Trump. De krant besloot toen zelfs om niet langer politieke cartoons te publiceren, een beslissing die op veel kritiek kwam te staan. “Ook de Duitse Süddeutsche Zeitung heeft zich recentelijk uit eigen beweging geëxcuseerd na een antisemitische cartoon”, zegt Knoop.

De Morgen-hoofdredacteur Bart Eeckhout zegt dat de krant daartoe geen plannen heeft. “We staan open voor elk debat, maar dragen de vrijheid van meningsuiting hoog in het vaandel. Zeker voor columnisten moet die vrijheid zo groot mogelijk zijn, zolang de grenzen van het beschaafde debat gerespecteerd worden. We betreuren de gerechtelijke klacht en beschouwen die als een tactiek om al wie anders denkt het zwijgen op te leggen.”